De politiedatabase Camera in Beeld bevat inmiddels zo’n 338.000 geregistreerde bewakingscamera’s, waarvan het merendeel afkomstig is van bedrijven. Dit blijkt uit gegevens die de politie heeft gedeeld met EenVandaag. Van de geregistreerde camera’s zijn er bijna 240.000 van bedrijven, 75.000 van particulieren en 23.000 van de overheid. Aangezien dit alleen de aangemelde camera’s betreft, ligt het werkelijke aantal camera’s in Nederland waarschijnlijk hoger.
De database stelt de politie in staat om, bijvoorbeeld na een inbraak, snel te achterhalen waar er camera’s in de buurt hangen die mogelijk relevante beelden hebben. Vervolgens neemt de politie contact op met de eigenaren van deze camera’s om de beelden op te vragen. De politie heeft geen live toegang tot de camerabeelden. Volgens BNR worden de beelden vaak via een gerechtelijk bevel gevorderd. Beelden van camera’s in de openbare ruimte worden doorgaans 28 dagen bewaard, waarna ze worden verwijderd, tenzij ze relevant zijn voor een strafrechtelijk onderzoek. In dat geval kunnen de beelden langer worden bewaard, mits er een geldige reden voor is.
Gerard Ritsema van Eck, universitair docent IT-recht aan de Rijksuniversiteit Groningen, legt tegenover EenVandaag uit dat de bewaartermijn van 28 dagen deels is ingegeven door privacyoverwegingen, maar ook door de hoge kosten van dataopslag. “Videobeelden van politiecamera’s zijn vaak van hoge kwaliteit, wat resulteert in zeer grote bestanden. Als er vijftig tot honderd camera’s in een gemeente hangen, gaat het al snel om terabytes aan data”, aldus Van Eck.