In 2024 ondervond één op de vijf Nederlandse bedrijven schade door een cyberaanval. Bij grote ondernemingen liep dit cijfer zelfs op tot drie op de tien. De voornaamste gevolgen betroffen financiële verliezen, verlies van gegevens en verstoringen in de bedrijfsvoering. Dat blijkt uit onderzoek van ABN AMRO en onderzoeksbureau MWM2 onder 788 bedrijven. Hoewel vrijwel alle respondenten in het verleden al eens met een cyberincident te maken hadden, blijft het vertrouwen in de eigen digitale weerbaarheid opvallend groot – vooral bij kleinere bedrijven.
Toch nemen juist deze kleinere ondernemingen te weinig maatregelen op het gebied van detectie, respons en herstel na een aanval. Volgens ABN AMRO is dat een zorgwekkende ontwikkeling. “De schade kan snel oplopen en het verlies aan klantvertrouwen, verstoring van kritieke processen of diefstal van intellectueel eigendom kan zelfs strategisch risico opleveren”, waarschuwt de bank.
Naast traditionele cybercriminaliteit zorgen ook geopolitieke spanningen voor toenemende dreiging. “Autoritaire regimes gebruiken digitale aanvallen om ontwrichting te zaaien en Europa te verzwakken,” stelt Julia Krauwer, sector banker TMT bij ABN AMRO. Toch ziet slechts negen procent van de bedrijven statelijke actoren als serieuze dreiging. Krauwer wijst op de risico’s van zwakke schakels in digitale ketens, waarbij zelfs sectoren als zorg en infrastructuur doelwit kunnen worden.
Tegelijkertijd is de bekendheid met nieuwe Europese wetgeving nog beperkt. De NIS2-richtlijn en de Cyber Resilience Act verplichten bedrijven tot strengere beveiliging en rapportage van incidenten. Maar vooral binnen het mkb ontbreekt het vaak aan kennis én voorbereiding.
ABN AMRO ondersteunt bedrijven met advies, verzekeringen en samenwerking met cybersecurity-specialisten, om ondernemers weerbaarder te maken tegen een groeiend en complex dreigingslandschap.