
Bijna twee derde (63%) van de deelnemers aan het jaarlijkse onderzoek* van de Nationale Inbraakpreventie Weken (NIPW) laat, als ze een of meer feestdagen niet thuis zijn, geen bewoonde indruk achter in hun woning. Het huis blijft volledig donker (13%), of men laat slechts een of twee lampjes branden (50%).
Coen Staal, voorzitter van de Nationale Inbraakpreventie Weken, zegt hierover: “Tijdens de feestdagen heb je een 70 procent hogere kans dat er bij je wordt ingebroken. Het zijn de piekdagen voor het inbrekersgilde. En als je dan overduidelijk laat blijken dat je niet thuis bent doordat je huis helemaal donker is of je hebt slechts een of twee lampjes aan, dan maak je het ze wel erg makkelijk. Inbrekers weten dan dat ze volop de tijd hebben om toe te slaan. Tref daarom de juiste maatregelen.”
Ruime keus voor inbrekers
Ongeveer de helft (47%) geeft aan dat er op een of meer van de feestdagen iemand thuis is. Er is daarom vooral gekeken naar het gedrag als men gezellig op visite bij familie, vrienden of kennissen is. Ruim een derde (36%) regelt dan zelf, met behulp van een app, tijdschakelaars of de buren, dat de lampen die gewoonlijk branden, ook tijdens hun afwezigheid aan gaan of al zijn. “Dan weet een inbreker niet helemaal zeker of er iemand thuis is. Omdat hij echter zo’n ruime keus heeft uit woningen waarbij het overduidelijk is dat de bewoners er op dat moment niet zijn, zal hij eerder daar op zijn gemak zijn slag slaan”, aldus Staal.
Wat doe je er tegen?
“Deuren goed op slot doen en een bewoonde indruk achterlaten: dat zou iedereen sowieso moeten doen”, zegt Staal. “Gewoon volop de verlichting aan. Het kost misschien een paar centen aan stroom, maar het brengt een inbreker wel aan het twijfelen. Inventariseer op een vrije middag ook eens de zwakke plekken van je huis.” Zo is een derde van de voordeuren zodanig slecht beveiligd dat een inbreker binnen enkele minuten binnen is. “Je kunt de voordeur dan wel goed op slot draaien, maar als je geen SKG*** cilinder of beslag hebt, dan hou je een inbreker maar een paar minuutjes tegen. En als het huis geen bewoonde indruk maakt, weet een inbreker dat hij voldoende tijd heeft om zijn gang te gaan”, aldus Staal.
Om het voor de inbreker geen feestje te maken, heeft de stichting Nationale Inbraakpreventie Weken vijf simpele tips:
- Laat met behulp van een tijdschakelaar of app de lampen aangaan die je normaal ook aanhebt. Stel ze in op het tijdstip dat het donker wordt. Niet allemaal tegelijk, maar met een minuutje of wat verschil. Denk ook aan het inschakelen van de verlichting op de bovenverdieping; je bent tenslotte niet de hele avond in je huiskamer. Laat vooral niet alleen de lichtjes van je kerstboom branden om het te doen lijken of je thuis bent. Daarmee bereik je juist het tegenovergestelde.
- Laat een bewoonde indruk achter. Zet bij een avondje weg bijvoorbeeld ook de tv aan. Dit zorgt voor geluid en ‘bewegend’ licht. Wat ook heel goed kan is het neerzetten van ‘nep-kaarsen’. Die werken op een batterij, flikkeren net zoals een echte kaars en geven de indruk dat hier toch echt iemand thuis is.
- Ga je op vakantie? Vraag of iemand de post weghaalt en laat het aanrecht ietwat rommelig ogen.
- Vraag de buren om een oogje in het zeil te houden en liefst ook de lamellen of gordijnen vroeg in de avond even te sluiten en ’s morgens weer te openen. Wellicht kunnen zij ook extra verlichting aandoen.
- Start een whatsappgroep in de buurt om elkaar te waarschuwen bij verdachte situaties. Kijk op www.wabp.nl welke whatsappgroepen in jouw buurt actief zijn.